"Ik ben goed hersteld, maar ik ben ook niet superziek geweest", keek de 31-jarige Oost-Vlaming terug. "Hopelijk bleef het conditieverlies beperkt. Ik was heel goed voor ik ziek werd, dat voelde ik tijdens de koersen in Canada. Ik hoop daar nu nog altijd dichtbij te zitten. Ik heb na mijn ziekte nog een paar goeie trainingen kunnen doen."

Door zijn coronabesmetting miste Benoot wel het WK in Rwanda, een wedstrijd waarvoor hij speciaal een hoogtestage had ingelast. "Het deed pijn om het WK op tv te moeten bekijken, maar ik ben vooral blij dat ik hier nu gezond aanwezig ben. Ik heb een paar dagen gebaald, maar dan de knop omgedraaid."

Dankzij zijn ervaring heeft Benoot dit weekend een belangrijke rol bij de Belgen. Hoe kan de nationale ploeg zondag topfavoriet Pogacar kloppen? "Dat is vooral aan Serge (bondscoach Pauwels) om te bepalen, maar ik denk dat het dom zou zijn om de koers te controleren en Pogacar zomaar naar de finale te brengen."

"We zijn in de breedte iets sterker, daar hebben we een streepje voor op Slovenië. Dat moeten we proberen uit te spelen. We moeten zorgen dat de ploeg van Pogacar vroeger aan het werk moet, zoals we dat met Visma ook altijd proberen te doen. (Lacht groen) Al is dat vaak moeilijker gebleken dan we zouden willen."